Rode bietjes. Sommigen houden ervan, sommigen haten het. Ik had het zelf nog nooit gegeten, dus toen ik gisteren dit in de winkel zag liggen, besloot ik het eens uit te testen want rode bietjes hebben behoorlijk wat gezondheidsvoordelen. De oude Grieken beschouwden het gebruik van biet als een manier om het bloed af te koelen, de Romeinen tegen koortsige toestanden, de middeleeuwers om het spijsverteringsstelsel te reguleren. Omdat de biet zo rood is, werd er aangenomen dat het goed was voor het bloed. Hoewel het ijzergehalte in rode bieten niet bijzonder hoog is, is het wel gemakkelijk op te nemen. Ook bevatten rode bieten mangaan, foliumzuur, kalium en het blad betacaroteen, calcium en ijzer.
Allemaal goed en wel, maar hoe zit het met de smaak? Juist ja. Niet echt om over naar huis te smaken. Zodra ik de eerste hap nam van deze gestoomde bietjes, begreep ik ineens wat een grondsmaak betekent.Want dat is waar deze bieten naar smaken: grond. Het was nog wel eetbaar, maar echt lekker vond ik het niet en ik was bang dat ik braakneigingen zou krijgen als ik er meer dan één zou eten. Maar weggooien is zonde, dus vroeg ik anderen hoe zij bieten eetbaar maken. In stamppotten blijkbaar, maar daar houd ik niet van. Of met crème fraîche, maar gezond is ander. Van iemand kreeg ik de tip om een rodebietjessalade te maken met appel, rozijnen en rode ui. Ik heb niet alles in huis daarvoor, maar ik kan het op zijn minst eens proberen want ze moeten op. De resultaten zal ik jullie nog meedelen!
Hoe eten jullie graag rode bietjes? Of eten jullie ze helemaal niet?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten